Tijdens de bijeenkomst werden de positieve resultaten van de pilot in Diessen - één van de elf projecten in Noord-Brabant - gepresenteerd. Lokale reststromen zoals blad en maaisel, vaak gezien als afval, blijken prima te fermenteren tot bokashi: een voedzame stof die de bodemstructuur verbetert, water beter vasthoudt en het bodemleven stimuleert.
“Deze pilot laat zien dat we van blad en maaisel een waardevolle grondstof kunnen maken. Door lokaal blad en maaisel te benutten, versterken we de bodem, besparen we op transport én sluiten we kringlopen. Ook worden agrariërs betrokken bij bodemverbetering. Uit de diverse pilot is gebleken dat lokale bodemverbeteraars veilig zijn voor mens en milieu. Mooi om de resultaten nu te kunnen zien bij een van de Brabantse projecten! Dit is precies de kant die we op willen met Noord-Brabant”, aldus Saskia Boelema, gedeputeerde Water & Bodem van de provincie Noord-Brabant.
Blad en maaisel als natuurlijke grondstof
Bij het beheer van watergangen en terreinen komen allerlei materialen vrij, zoals maaisel, blad en snoeisel. In plaats van deze af te voeren als afval, kunnen ze lokaal worden benut als waardevolle natuurlijke grondstoffen. “
Door blad en maaisel te composteren of te fermenteren, ontstaat een rijke bodemverbeteraar die het bodemleven stimuleert, verdichting tegengaat en bijdraagt aan een betere sponswerking”, zegt Martijn Tholen, lid van het dagelijks bestuur van Waterschap De Dommel. “Die verbetering van de sponswerking vergroot het waterbergend vermogen bij wateroverlast door piekbuien of lange natte periodes.”Een bodem vol kansen
Wethouder Cathy Noordergraaf van de gemeente Hilvarenbeek: “Het lokaal verwerken van natuurlijke reststromen levert niet alleen bodemwinst op, maar biedt ook economische en maatschappelijke voordelen. Bijvoorbeeld lagere transport- en groenvoorzieningskosten en meer betrokkenheid van onze inwoners. Circulair terreinbeheer draagt zo bij aan een veerkrachtige en toekomstbestendige leefomgeving.”
Samenwerking én knelpunten
De bijeenkomst maakte tevens duidelijk waar landelijke wet- en regelgeving nog wringt. Zo is fermentatie nog niet opgenomen in de Meststoffenwet en vraagt elke toepassing om een tijdelijke gedoogstatus. De huidige regelgeving het dus nog moeilijk om dit op grote schaal toe te passen. Maaisel en blad worden juridisch nog als afval gezien, waardoor verwerking vergunningplichtig is. Dat belemmert lokale initiatieven die bijdragen aan duurzamer terreinbeheer.
Oproep tot actie
Het landelijke kennisprogramma Circulair Terreinbeheer loopt tot begin 2026 en omvat 60 pilots die samen waardevolle inzichten opleveren voor toekomstig beleid. Gemeenten, waterschappen en provincies pleiten voor een duidelijkere en eenvoudigere regelgeving rond reststromen, zodat deze makkelijker lokaal kunnen worden verwerkt tot waardevolle bodemverbeteraars.